De Trouwe Hulp is een ‘opgeboeide bol’ ofwel ‘Bolle met boord’. Dit scheepstype is familie van de tjalk. Het is een mooi voorbeeld van hoe de bouw van een schip werd aangepast aan de wensen van de schipper: dit schip heeft namelijk te veel zeeg (kromming in de lengterichting) voor een platte bol en te weinig zeeg voor een boltjalk. De Trouwe Hulp is speciaal gebouwd voor de schelpenvaart op de Waddenzee. Omdat het water daar ruiger kan zijn dan op binnenwateren, is het boeisel (groen in dit geval) bovenop het dek (zwart) geklonken. Het dek loopt door in de (zwarte) zware stuiten rondom het hele schip en niet zoals gebruikelijk, alleen op kop en kont. Deze stuiten vangen als stootrand tijdens het laden en lossen bij woelig weer en soms hoge golven, de klappen op.
bouwjaar | scheepswerf | laadvermogen | afmeting lxb | ledige diepgang |
1902 | Mulder, Stadskanaal | tot 1930 60 ton, daarna door verhoging 71,5 ton | 20,45 m x 4,41 m | 0,98 m |
voormalige en huidige motor
1930 -1965 Voortstuwing door middel van een opduwer: een klein bootje met grote motor, dat achter het schip gebonden, het scheepje vooruit duwde.
1978 - nu Liggende Leyland E.0860 ingebouwd, een voormalige autobusmotor van de Groninger busmaatschappij GADO (In 2017 nogmaals gereviseerd)
Lading
Tot 1930 schelpen en aardappelen. 1930 tot 1965 o.a. meel, oud ijzer, compost, vezels, tegels, grind en hout. Trouwe Hulp voer ook tijdens aardappelen- en suikerbietencampagnes, door heel Nederland.
Voormalige beroepsschippers
1902 – 1930 Heiko de Boer, Zijda en Stam
1930 - 1965 A. en J. Kwint, Hoogeveen
1975 – 2006 D.J. Wever (chartervaart), Zoutkamp
Over dit schip
Bij scheepswerf Mulder in Stadskanaal was dit een van de eerste schepen die van ijzer of staal werd gemaakt. De oude werfbaas zag er geen brood in: ”Je kin'n d'r ja gain droadnoagel in kwiet woddn”. Maar zijn zoon Lucas zag de vooruitgang wel en ging op 19-jarige leeftijd naar Vierverlaten om de kunst van de ijzeren scheepsbouw te leren.
In 1930 is vrij veel aan het schip verbouwd om het laadruim te vergroten: de den is geklonken verhoogd, de mast is verwijderd, de braadspil is vervangen door een Strikwerda-ankerlier en het voor- en achterschild zijn verplaatst. Vanaf 1975 is de Trouwe Hulp weer terug-gerestaureerd naar zeilschip. In 1985 is de zoon van de laatste zeilende vrachtschipper Stam aan boord geweest en heeft bevestigd dat het huidige beeld grotendeels klopt.
Het sfeervol ingetimmerde laadruim is nog voorzien van de originele scheerbalk, gebinten, merkels en houten luiken. Verder is er geen authentiek interieur meer aanwezig. De Trouwe Hulp draagt 141 vierkante meter zeil (dacron). Er wordt nog altijd actief mee gezeild, bijvoorbeeld tijdens de Bietenrace in Zeeland.
Klik op de foto voor een vergroting met onderschrift.